ANALYSE | Dit is waarom Ajax weinig grip op FC Utrecht kreeg
Ajax kwam thuis niet verder dan een 2-2 gelijkspel tegen FC Utrecht. In de eerste helft profiteerden de Amsterdammers van het loopvermogen van Kenneth Taylor en Kian Fitz-Jim, die met hun diepe acties verwarring stichtten in de Utrechtse defensie. Dit leidde via een spelhervatting en een van richting veranderd schot van Jorrel Hato tot een 2-1 voorsprong.
In de eerste helft liet FC Utrecht zich voornamelijk leiden door het spel van Ajax. Coach Ron Jans had zijn middenvelders de opdracht gegeven om hun directe tegenstanders strak te volgen. Dit leverde in het begin problemen op, vooral wanneer Taylor en Fitz-Jim met diepe loopacties verwarring stichtten in de Utrechtse verdediging. Ajax wist hierdoor via een spelhervatting en een van richting veranderd schot van Jorrel Hato een 2-1 voorsprong te nemen.
Toch wist Utrecht zich gaandeweg te herpakken, mede dankzij Zidane Iqbal. De Iraakse spelmaker trok het spel steeds meer naar zich toe en dwong Ajax tot keuzes die vaak verkeerd uitpakten. Zijn beweeglijkheid en slimme positionering zorgden ervoor dat Utrecht meer controle kreeg en gevaarlijker werd in de aanval. Dit leidde uiteindelijk tot de gelijkmaker in de 79e minuut, toen een lange bal van Nick Viergever en een krachtige actie van Yoann Cathline resulteerden in de 2-2.
De wedstrijd illustreerde de tekortkomingen van beide teams, zo schrijft Pieter Zwart op de website van Voetbal International. Voor Utrecht blijft het cruciaal om beter om te gaan met de defensieve organisatie tegen beweeglijke middenvelders. Ajax, aan de andere kant, moet oplossingen vinden voor de ruimtes die ontstaan wanneer tegenstanders meer risico nemen in de opbouw. Voor beide ploegen biedt deze wedstrijd voldoende stof tot nadenken richting de komende duels.